Autonomie
Ik maak dat zelf wel uit. Het ligt in veler mond bestorven en het geeft aan dat veel mensen autonoom willen zijn. Het idee is: onafhankelijk zijn, zelfstandig. Niemand nodig hebben. Ik maak mijn eigen regels en mijn eigen keuzes. Terwijl ik dit stukje aan het schrijven ben, kijk ik uit op een rozenstruik die met zijn tweede bloei bezig is. Daarachter staat een groepje bomen en alles is opgenomen in het decor van een vroege herfststorm. Hoe autonoom is de roos of de boom, vroeg ik me af. Nou, mooi helemaal niet dus. Een plant of een boom is juist louter gebrek aan autonomie. Oh ja?
Als je naar een mens kijkt, ziet dat er wel even anders uit. Je hebt twee benen en twee armen en een brein en daardoor kan je gaan en staan waar je wilt. Te voet, met de fiets, auto, trein of vliegtuig. Je kunt ook liften natuurlijk. Dat is wel even andere koek dan een roos. Wat een eindeloos aantal keuzemogelijkheden heb je als mens! Maar hoe zit dat dan met het afserveren van de vrije wil door bijvoorbeeld Dick Swaab en Victor Lamme? Niks autonomie. Je bent net als die roos of die boom. Een geprogrammeerd organisme.
Je kunt van alles doen hoor om je te weer te stellen tegen de ‘afbraak’ van de vrije wil en het behoud van autonomie. Je kunt christen worden, als je dat al niet was, of bijvoorbeeld humanist of zelfs ‘stoïcist’. Onlangs stond in Trouw een aardig stukje over Massimo Pigliucci, een filosofie-prof in New York die een boekje schreef hoe je Stoïcijn wordt. Hij somt een lijstje op van dingen op die je zelf in de hand hebt. Je vindt in menige religie of levensbeschouwing wel een marge van zelfbeschikking waarbinnen je je vrije wil kunt uitleven.
Het is maar de vraag in hoeverre dat klopt. Een man als Henk Barendregt, wiskundige, vipassana-leraar en Spinozaprijswinnaar, zegt zelfs dat wat de mens aan vrije wil heeft, ‘niet van jou’ is. In een vorig jaar gepubliceerd artikel in VN zegt hij o.m.: “Ons lichaam/geest-systeem bevindt zich in een situatie, neemt van alles waar en komt tot oordelen op grond van waarneming, verstand, gevoel, geweten, geheugen. Een verfijnd beslissingsmodel kiest. Dat is de vrije wil. Hij is echter niet van jou, die vrije wil. En hij is ook niet vrij op de manier die wij hopen, namelijk dat wij hem bepalen. Maar het is het beste wat we hebben en beter dan dat kàn het niet.” Buitengewoon intrigerend.
Geinig, zoals je je dan opeens gevangen kunt voelen in een dilemma. Maar is er spràke van een dilemma? Wel als je de bezwaren van je ego serieus neemt. Niet als je die bezwaren als een verkeerd begrepen veiligheidscontrole doorziet. En je je vervolgens kunt overgeven aan het leven zoals het zich van moment tot moment ontvouwt. In deze overgave geef je je (vrije) wil prijs in het besef dat je niets in de hand hebt. Deze ‘Niet ik maar God-gedachte’ (Let go let God) kom je niet alleen bij Eckhart en andere christelijke mystici tegen, maar ook in bijvoorbeeld het taoïsme en zen. Hier begint een vrijheid die ongekend en onbegrijpelijk is en die ver uitstijgt boven de vraag of er sprake is van vrije wil.
In die overgave schuilt onze ware autonomie. Worden als een roos in het besef dat het ertoe doet wat je doet. Je volgt de getijden van het leven en doet, luisterend naar de ware stem van je hart, wat je hand te doen vindt. Een ontbladerde boom die je aanraakt, staat terstond in volle bloei. Wie je ontmoet wordt een Boeddha.
Door: Dick Verstegen